Bij autisme zijn spraak en communicatie niet hetzelfde

Posted on
Schrijver: William Ramirez
Datum Van Creatie: 17 September 2021
Updatedatum: 1 Kunnen 2024
Anonim
ASS (autisme) alarmsignalen
Video: ASS (autisme) alarmsignalen

Inhoud

Mensen met een autismespectrumstoornis kunnen volledig non-verbaal zijn, ze hebben mogelijk beperkte bruikbare spraak of ze kunnen inderdaad erg spraakzaam zijn. Ongeacht hun verbale capaciteiten, bijna iedereen in het autismespectrum heeft het moeilijk om spraak te gebruiken in sociale interacties. Dat komt omdat ze voor een dubbele uitdaging staan: hun eigen moeilijkheden om ideeën op de juiste manier uit te drukken, en de moeilijkheden van anderen om ze te begrijpen en te accepteren.

Spraak versus communicatie bij autisme

Waarom zou iemand die gesproken taal kan gebruiken problemen krijgen met sociale communicatie? Er zijn twee redenen. Ten eerste gebruiken mensen met autisme spraak vaak op een idiosyncratische manier. Ze kunnen regels uit een film reciteren, eindeloos praten over een favoriet onderwerp of vragen stellen waarop ze het antwoord al weten. Ten tweede is spraak slechts een onderdeel van sociale communicatie en in veel gevallen is gesproken taal niet voldoende.

Om effectief te communiceren, gebruiken de meeste mensen veel meer dan alleen spraak. Ze gebruiken lichaamstaal (gebruik van oogcontact, handgebaren, lichaamshouding, enz.), Pragmatische taal (sociaal zinvol taalgebruik), idioom, jargon en het vermogen om toon, volume en prosodie te moduleren (ups en downs van de stem). Deze relatief subtiele tools vertellen anderen of we een grapje maken of serieus, platonisch of amoureus, en nog veel meer.


Communiceren vereist ook inzicht in welk type spraak geschikt is in een bepaalde situatie (beleefd op school, luidruchtig met vrienden, enz.). Het maken van een fout kan leiden tot ernstige misverstanden. Een luide stem op een begrafenis kan bijvoorbeeld worden geïnterpreteerd als gebrek aan respect, terwijl een zeer formele toespraak op school kan worden gelezen als 'nerdy'.

Waarom mensen met autisme problemen hebben met communiceren

Alle vaardigheden die betrokken zijn bij sociale communicatie veronderstellen een begrip van complexe sociale verwachtingen, gekoppeld aan het vermogen tot zelfmodulatie op basis van dat begrip. Mensen met autisme missen over het algemeen die vaardigheden.

Mensen met hoogfunctionerend autisme (Asperger-syndroom) raken vaak gefrustreerd wanneer hun pogingen om te communiceren met blanco blikken of zelfs gelach worden beantwoord. Dit gebeurt maar al te vaak omdat mensen met autisme kunnen hebben:

  • Vertraagde of ongebruikelijke spraakpatronen (veel autistische kinderen onthouden bijvoorbeeld videoscripts en herhalen ze woord voor woord met de precieze intonatie van de tv-personages)
  • Hoge of vlakke intonatie
  • Gebrek aan jargon of ‘kidspeak’
  • Moeilijkheden om de toon van de stem en lichaamstaal te begrijpen als een manier om sarcasme, humor, ironie, enz. Uit te drukken.
  • Gebrek aan oogcontact
  • Onvermogen om andermans perspectief in te nemen (om zich in andermans schoenen voor te stellen). Deze handicap wordt vaak aangeduid als het gebrek aan 'theory of mind'.

Veel mensen met autisme zijn in staat om tekorten in sociale communicatie te compenseren door regels en technieken te leren voor een betere sociale interactie. Vaak worden deze vaardigheden aangeleerd door een combinatie van logopedie en sociale vaardigheidstraining. De realiteit is echter dat veel mensen met autisme altijd zullen klinken en er net iets anders uitzien dan hun leeftijdsgenoten.


Bronnen voor het opbouwen van sociale communicatieve vaardigheden

De meeste kinderen met autisme (en sommige volwassenen) nemen deel aan therapieën die gericht zijn op het verbeteren van sociale communicatieve vaardigheden.

  • Logopedie kan zich niet alleen richten op de juiste uitspraak, maar ook op intonatie, heen en weer praten en andere aspecten van pragmatische spraak
  • Bij sociale vaardigheidstherapie kunnen autistische personen betrokken worden bij groepsactiviteiten die oefenen met delen, samenwerken en gerelateerde vaardigheden vereisen